Gebouwd buiten de muren, naast het kasteel en een van de Romeinse poorten van de stad, de poort van Évora.
De eenvoud van de façade "verbergt" de artistiek-architectonische juweeltjes die het binnen houdt.
De opmerkelijke reeks kapitelen getuigen van de Visigotische oorsprong.
In de 14e eeuw onderging het enkele wijzigingen in verband met de stoffelijke resten van João Mendes, schildknaap van D. Dinis.
In de 17e eeuw kreeg het de huidige façade waaraan een van de "Trappen" van de Via Sacra werd toegevoegd.
In de 19e eeuw werden de tegelpanelen met jachttaferelen van de beroemde schilder Gabriel del Barco verwijderd.
Tot het einde van de 19e eeuw, op 15 januari, hield deze kerk een merkwaardig festival ter ere van Santo Amaro, waarbij taarten en snoepjes in de vorm van armen en benen werden verkocht en geveild. Men geloofde dat degene die deze taarten at het hele jaar door geen last zou hebben van ledematen, aangezien Santo Amaro wordt beschouwd als de beschermer van de kreupelen.
De Visigotische Nucleus van het Regionaal Museum van Beja is hier momenteel gehuisvest.